Gwendolyn Boom
Senior adviseur
Gwendolyn Boom
Senior adviseur
De noodzakelijke gemeentelijke herpositionering van bibliotheekwerk
6 juni 2024
De Nederlandse openbare bibliotheek is ruim een eeuw oud. In 1921 is er de eerste ministeriële regeling met Rijkssubsidie wanneer uit bestaande leeszalen de eerste volksbibliotheken ontstaan. Het heeft een positieve invloed op hoeveel mensen lezen en op lokale ondernemers, zoals mijn eigen opa en oma. Zij beginnen een boekwinkel met bibliotheekfunctie. Economische crisis, oorlog en verzuiling hebben lang een dempende invloed, maar rond 1970 is er met de eerste bibliotheekwet sprake van stevige groei van bibliotheekwerk en leesvaardigheid.
Na versobering en afbraak door decentralisering en ont-lezing sinds het begin van deze eeuw, heeft de Tweede Kamer in 2022 besloten dat het tijd was voor herstel van de bibliotheek. Niet in de oude versie als lokaal met boeken om te lenen, maar in een nieuw jasje. Als openbare huiskamer waar kennis, verhalen, ontmoeting en andere perspectieve onder handbereik liggen om zo voor alle inwoners van een gemeente iets te kunnen betekenen. De nieuwe bibliotheek moet daarom voor iedereen toegankelijk te zijn.
De bibliotheek van de toekomst is een beleidsinstrument om belangrijke thema’s in de samenleving op te pakken. In het convenant dat het Rijk, de provincies, de gemeenten en de Nationale Bibliotheek in 2020 tekenden, ligt de focus op maatschappelijke opgaven. Zoals bevorderen van geletterdheid en leesplezier, participatie in de informatiesamenleving en een leven lang leren. Basisvaardigheden als taal, lezen en digitale redzaamheid, zijn bovendien voorwaardelijk aan de gemeentelijk opgave in het Gezond en Actief Leven Akkoord.
De bibliotheek heeft zichzelf de afgelopen jaren opnieuw uitgevonden en is inmiddels multifunctioneel geworden. Van het taalcafé voor anderstaligen en studieplekken voor scholieren en studenten, tot koffiecorners voor buurtontmoetingen en digitale informatiepunten IDO; allemaal te vinden in de bieb. De IDO, bedoelt om mensen op weg te helpen in hun digitale communicatie met de overheid, begon ooit als een pilot in een paar gemeenten. Het is zo succesvol gebleken dat het nu een vast onderdeel van de openbare bibliotheek is.
In 2026 moet de comeback van de bibliotheek compleet zijn en gaat de Zorgplicht gelden. Gemeenten krijgen dan de plicht om ervoor te zorgen dat hun inwoners toegang hebben tot een volwaardige bibliotheek. Een Spuk-regeling gaf gemeenten de financiële hulp zich voor te bereiden op deze wijziging en een start te maken met het versterken van hun bibliotheekwerk. Het Rijk stelde veel geld beschikbaar waarmee vrijwel alle aanvragen zijn gehonoreerd.
Herpositionering van het bibliotheekwerk in gemeentelijk beleid is nu aan de orde, compleet met gemeentelijk bibliotheekplan. Vanaf 2025 komt er een jaarlijkse uitkering in het gemeentefonds voor de invulling van de Zorgplicht, maar deze 3 euro per inwoner zijn slechts een beginnetje. Gemeenten zijn nu zelf aan zet om de verbindende potentie van hun bieb te benutten en dat vraagt nadenken over hun rol en welk budget daarbij past.
Een bestuurlijk en politiek gesprek hierover is helaas lang niet overal tijdig gevoerd. Dit, samen met de onzekere toekomst van de gemeentelijke financiën en de onduidelijkheid over de consequenties van het niet voldoen aan de Zorgplicht, maakt dat sommige gemeenten nu veel geld en mogelijkheden aan hun neus voorbij laten gaan. Hun inwoners hebben het nakijken, hun gemeenschap mist de kans op de inzet van een veerkrachtversterkende factor en hun andere voorzieningen. Dan resteert de puzzel tot invulling van de Zorgplicht zonder bieb.
Gwendolyn Boom
Senior beleidsadviseur
Terug naar overzicht